“Ja”, zegt ze bedenkelijk, met een diepe frons op haar voorhoofd. ‘Ik ben zo gewend om alles alleen te doen. Mijn eigen gang te gaan”. Ze tuurt over de oceaan en vervolgt: “Misschien zit het in mijn genen. Mijn moeder heeft mij alleen opgevoed. Ze was gescheiden toen ik pas drie was. En mijn oma, die heeft mijn opa verloren aan het front in de oorlog. Mijn moeder was toen vier.”
We zitten te praten aan het einde van ons gazon. In de verte zien we een cruiseschip wegvaren.
“Maar”, waag ik te vragen, “hoe is het dan om met de feestdagen en belangrijke gebeurtenissen niet met je geliefde te kunnen zijn, omdat hij bij zijn vrouw is?” Een lichte schaduw trekt over haar gezicht als ze antwoordt: “Wat ik al zei, ik kan zo staan en gaan waar ik wil, en… ik hoef aan niemand verantwoording af te leggen. Zo blijft het leuk.”
Gastvrijheid in je genen
Familiepatronen, wie kent ze niet? Vanuit de vrouwelijke lijn heb ik de gastvrijheid overgenomen van mijn oma. Mijn opa had een stucadoorsbedrijf en wat ik vanuit overlevering heb gehoord, was het daar een komen en gaan van klanten en bekenden door de gezelligheid die mijn oma bood. Ook mijn moeder was het toonbeeld van gastvrijheid vernam ik laatst van mijn neef.
Zoete inval
Vroeger, in Amsterdam, was het bij mij een zoete inval. Vrienden van diverse pluimage uit verschillende culturen liepen de deur plat. Het was net een Mediterrane familie, maar dan één hoog achter. Altijd was er koffie, wijn, eten en een goed gesprek. En soms werd er gedanst.
Maar toen het even niet zo goed met me ging, bleef mijn appartement verstoken van bezoek. Op één goede vriend na. Hem kon ik altijd bellen. De kwaliteit van gastvrijheid was doorgeschoten naar een valkuil. De deuren stonden wagenwijd open, een opvanghuis. Maar wie ving mij op?
Daarna ben ik het patroon gaan doorbreken door te schiften. Stap voor stap werd ik minder naïef en meer selectief. Bij The Art of Joy blijf ik het patroon van mijn voorouders in positieve zin herhalen. Juist omdat het ook mijn passie is. Maar niet meer ten koste van mijzelf. Als ik ruimte en rust nodig heb, trek ik mij terug. Niemand merkt het.
Verslavingspatronen
Hoe anders is het bij Eus. Hij komt uit een familie waar alles gezellig was, mits je voldeed aan de familienormen. Daar hoorde ook een goed gevuld glas bij. Ook al was er ellende, het werd snel weg gedronken. Niks mis mee, natuurlijk. Maar moeilijke gesprekken over wat iemand dwars zat werd vermeden. Daardoor ontstond er een soort van ‘schijngezelligheid’ en… een afhankelijkheid van alcohol. Nu probeert Eus dit familiepatroon te doorbreken door aan te geven waar hij zich minder prettig bij voelt. Erover praten dus en niet vervallen in een roes van wijn.
Positieve en negatieve kant van familie erfenis
Heb jij ook een gewoonte die je hebt overgenomen van je ouders of grootouders, maar die je uiteindelijk niet het geluk geven dat je toekomt? Hardnekkig kunnen ze zijn, die familiepatronen en lastig als je de negatieve kant van ze beleeft. Volgens mij is het de bedoeling dat je de kwaliteiten dankbaar overneemt, maar de schaduwzijde loslaat. Wat is jouw familie-erfenis die je wilt doorbreken?



